Op donderdag 3 februari jl. vond het 2-minutendebat circulaire economie plaats. Een 2-minutendebat is het vervolg van een commissiedebat en het moment voor politieke partijen om het kabinet op te roepen tot actie door het indienen van moties. Het debat van vorige week donderdag was het vervolg op het commissiedebat circulaire economie van 18 november 2021.

De kersverse staatssecretaris Vivianne Heijnen geeft aan dat ze zich aansluitend op PBL-berichtgeving in gaat zetten om beleid te intensiveren. Dit wordt meegenomen in het nieuwe UPCE. Dat is heel goed nieuws. Want het PBL roept op tot meer dwang en drang oftewel scherpere regelgeving, mede gericht op treden hoger op de r-ladder dan enkel recycling. Daarop aansluitend geeft Heijnen aan dat ze zeer actief bezig is met het coalitieakkoord, voor een sterkere verbinding tussen circulaire economie en klimaat.

GroenLinks heeft mede namens CU en D66 een motie ingediend om beter te monitoren op de omvang en opruimkosten van sigarettenfilters in het zwerfafval en in kaart te brengen hoe een reductiedoelstelling van 70% in 2026 ten opzichte van 2022 behaald kan worden. Deze motie is afgelopen dinsdag aangenomen. Daarnaast heeft Groenlinks mede namens CU de regering verzocht sappen toe te voegen aan de statiegeldregeling voor plastic flessen. Deze motie is helaas verworpen.

De PvdD en GroenLinks verzoeken de regering daarnaast in een motie om in de ministeriële regeling voor wegwerpplastic een verbod op het gebruik van wegwerpbekers en -voedselverpakkingen op te nemen voor consumptie ter plaatse, zonder uitzonderingen. Ook deze motie is verworpen.

D66 heeft twee moties ingediend die beiden zijn aangenomen. De eerste motie is mede ingediend door CU, CDA en GL en verzoekt de regering om te onderzoeken hoe hoogwaardige recycling van verpakking naar verpakking kan worden gestimuleerd of afgedwongen. De andere motie verzoekt de regering om de UPV aan te scherpen door: een stimulans in te bouwen in de UPV om producten te ontwerpen volgens, in overeenstemming met de R-ladder; een stimulans toe te voegen om de kwaliteit van producten te verhogen en checks-and-balances te regelen zodat alle schakels van de grondstoffenketen gelijkwaardig invloed hebben op de inrichting van de keten. Zeker dit laatste onderwerp is – vanwege de wettelijke gemeentelijke zorgplicht – voor de NVRD en haar leden erg belangrijk.