Inmiddels is het alweer bijna een jaar geleden dat lachgas zijn plek kreeg op Lijst II van de Opiumwet. Daarmee is het ook bijna een jaar geleden dat de lachgasproblematiek in onze branche van start ging. Vooralsnog laat een pasklare oplossing vanuit de overheid op zich wachten. Om aan onze kant meer inzicht te krijgen in feiten en cijfers, zetten we een Benchmark Lachgas uit. En de resultaten liegen er niet om.

Op 19 oktober vroegen we jullie input te leveren voor het opstellen van een ‘kostenplaatje’ ten behoeve van financiële tegemoetkoming vanuit het kabinet. Hierop kwamen veel reacties. Deze bevestigden dat het een dynamisch dossier is, de input liep erg uiteen. Om van al die ‘appels, peren, groenten en fruitmanden’ toch een wetenschappelijk onderbouwde taart te kunnen bakken, hebben we de Benchmark Lachgas uitgezet.

Cilinders op de milieustraat en openbare ruimte
Gemiddeld worden er wekelijks 7200 cilinders in de openbare ruimte achtergelaten of ingeleverd bij milieustraten. Dat zijn er heel wat: op jaarbasis praten we over 375.000 cilinders. De kosten die hiermee zijn gemoeid liegen er niet om: per cilinder zijn de kosten gemiddeld €45,-. Rekenen we dit door, dan zijn de kosten per week €321.000,-. Op jaarbasis komt dat neer op een bedrag van bijna €17 miljoen euro.

Cilinders in het restafval
Bovenstaand zijn de kosten voor cilinders die we terugvinden in de openbare ruimte en op milieustraten. Deze cilinders zijn voor ons als branche relatief ‘veilig’ in te zamelen: zij kunnen gescheiden opgeslagen worden. Dit is anders wanneer het gaat om cilinders in het (rest)afval. Omdat deze verborgen zitten tussen ander afval, worden deze pas gedetecteerd in de verbrandingsoven. Daar is er een grote kans op ontploffing; met enorme schade tot gevolg. Deze schade loopt nu al op tot €65 miljoen.

In toenemende mate weigeren verwerkers dan ook afval waarin lachgascilinders worden aangetroffen. De gemaakte kosten van het (eventueel) voorsorteren van het restafval berekenen zij door aan inzamelaars en gemeenten. Deze kosten lopen uiteen van €4,- tot €70,- per ton, afhankelijk van de omstandigheden. Wanneer al het restafval voorgesorteerd zou worden, om te voorkomen dat de cilinders voor ontploffingen in de verbrandingsoven zorgen, creëert dit een extra kostenpost van circa €40 miljoen voor gemeenten.

Optellend kunnen we stellen dat de inzameling en verwerking van lachgascilinders de branche nu al bijna €80 miljoen per jaar kost – en dan rekenen we de kosten voor het voorsorteren van al het restafval niet mee. Zonder uitzicht op een structurele en duurzame oplossing, vrezen wij dat deze kosten ook volgend jaar op zullen lopen. Vanuit de overheid wordt er op korte termijn geen oplossing of financiële ondersteuning verwacht. Voor verwerkers en inzamelaars zal er, zonder steun vanuit de overheid, geen andere optie zijn dan deze kosten door te berekenen aan inwoners, wat aanzienlijke gevolgen heeft voor de afvalstoffenheffing.