Pagina
delen
Zwerfafval
Uitkering van SUP-vergoeding een jaar uitgesteld
21 oktober 2024

Het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat heeft alle gemeenten geïnformeerd over uitstel van de uitkering van de SUP-vergoeding voor de gemaakte kosten voor het opruimen van zwerfafval in 2023. De vergoeding zou vóór 1 november 2024 worden uitgekeerd, maar dit zal niet eerder dan in 2025 plaatsvinden.
Pagina
delen
Wanneer de vergoeding alsnog wordt uitgekeerd is nog niet duidelijk, net als de definitieve hoogte van de vergoeding. De vergoeding moet worden bekostigd door producenten van bepaalde verpakkingen, sigarettenfilters, vochtige doekjes en ballonnen. Gemeenten hebben geanticipeerd op de vergoeding in hun begroting en hebben plannen gemaakt om zwerfafval tegen te gaan, maar weten nu niet waar ze aan toe zijn. De gevolgen van het uitstel voor de zwerfafvalaanpak door gemeenten zijn onbekend. Wij zijn teleurgesteld dat ook de hoogte van de vergoeding nog altijd onduidelijk is.
In het Besluit ‘vaststelling bijdragen en wegingsfactoren kunststofproducten’ van 15 juli 2024 is eerder op basis van een jaarlijks onafhankelijk samenstellingsonderzoek en het vierjaarlijkse kostenonderzoek de vergoeding voor gebiedsbeheerders voor 2023 vastgesteld op ongeveer €72,- miljoen. Dit bedrag was al fors lager dan de proefberekening die het ministerie vorig jaar heeft gepubliceerd en die producenten en gebiedsbeheerders inzicht moest geven in de vergoedingen die men kan verwachten. Wij zijn bezorgd dat dit bedrag verder wordt verlaagd, waarmee gemeenten financieel worden benadeeld ten opzichte van eerdere berichtgeving.
Het Besluit geeft invulling aan de Ministeriele regeling ‘kunststofproducten voor eenmalig gebruik’. Vanaf 1 januari 2023 betalen producenten mee aan de kosten die gemeenten maken voor het opruimen van zwerfafval. Gemeenten ontvangen een vergoeding voor dat deel van de opruimkosten dat betrekking heeft op de SUP-productcategorieën (verpakkingen, drinkbekers, lichte plastic tassen, vochtige doekjes, tabaksproducten met filter en ballonnen). Dit aandeel wordt jaarlijks door het Rijk bepaald.
Het ministerie noemt drie oorzaken voor het uitstel:
- Het is lastiger dan verwacht om een uitvoeringsorganisatie die de bijdragen van producenten int en de vergoeding uitkeert in te richten en operationeel te maken,
- De verwerking van de reacties op de internetconsultatie van het Besluit ‘vaststelling bijdragen en wegingsfactoren kunststofproducten’ van 15 juli kost meer tijd dan verwacht
- De in het Besluit opgenomen termijnen voor verslag door de producenten en vaststelling van het besluit door de overheid zorgen voor vertraging
Wij hebben, samen met de VNG, in onze eerdere zienswijze op het Besluit al onze zorgen geuit over de zorgvuldigheid van het proces en het informeren van gemeenten. Dat gemeenten twee weken voor de uitkering van de vergoeding horen dat de uitkering met een jaar is uitgesteld, bevestigt die zorgen. Gemeenten tasten voorlopig dus nog in het duister over zowel de definitieve hoogte van de vergoeding als over het moment waarop de vergoeding wordt uitgekeerd. Daar is de aanpak van zwerfafval niet bij gebaat.
Wel zijn wij blij dat het recht op de vergoeding niet vervalt en volgend jaar met terugwerkende kracht alsnog wordt uitgekeerd. In 2025 zal Verpact optreden als tussenpersoon van wie de gebiedsbeheerders hun vergoeding ontvangen. Aan een structurele uitvoeringsorganisatie voor de jaren daarna wordt momenteel gewerkt. Wij vinden dat er snel helderheid dient te komen over de hoogte van die vergoeding en wanneer gemeenten die ontvangen.