Pagina
delen
Waarom de afvalstoffenheffing in veel gemeenten omhoog gaat
19 februari 2021
In januari werd bekend dat de afvalstoffenheffing dit jaar opnieuw fors stijgt en wel met zo'n 9 procent. Dit komt vooral door stijgende kosten voor inzameling en verwerking en dalende opbrengsten van afvalstromen als oud papier en textiel. Na jaren van nauwelijks stijgende en zelfs dalende kosten door allerlei efficiencymaatregelen en ondanks de inflatiecorrectie, is de afvalstoffenheffing de laatste jaren weer gestegen. Hieronder een overzicht van de verschillende ontwikkelingen en hoe het kan dat we beter scheiden maar in sommige gevallen toch meer gaan betalen.
Pagina
delen
Hoewel de ervaringen en de hoogte van de afvalstoffenheffing per gemeente verschilt, zijn uit navraag bij verschillende gemeenten diverse belangrijke oorzaken van de stijging van de afvalstoffenheffing te onderscheiden. Op een aantal van deze oorzaken hebben individuele gemeenten nauwelijks invloed:
- Verbrandingsbelasting: Door het verhogen van de verbrandingsbelasting van €13,21 in 2018 naar €32,12 in 2019 (oplopend naar €33,15 in 2021) zijn de afvalbeheerkosten onevenredig gestegen. Dit geldt overigens voor alle gemeenten maar heeft bij gemeenten met veel restafval de grootste impact gehad.
- Nieuwe verwerkingscontracten: Bij gemeenten die de grootste stijging in de afvalstoffenheffing laten zien, is er veelal sprake van een nieuw verwerkingscontract voor restafval en GFT. Ter indicatie: In AVU-gebied (1.500.000 inwoners) steeg het tarief voor (grof) restafval met 70% en dat van GFT met ruim 50%.
- Hogere kosten milieustraatstromen: Niet alleen de kosten voor de inzameling en verwerking van stromen die huis-aan-huis worden ingezameld stijgen, ook de kosten voor de (grof) afvalstromen die bijvoorbeeld via de milieustraat worden ingezameld nemen toe (bijvoorbeeld harde kunststoffen) of de opbrengsten (bijvoorbeeld OPK en metalen) nemen af.
- Uitputting en aanvulling reserves: Normaal gesproken worden fluctuaties opgevangen uit de reserves, maar deze zijn in de afgelopen jaren bij veel gemeenten ingezet om hetzij de heffing niet te ver te laten stijgen (politieke keuze), hetzij de extra kosten voor de invoering van nieuw beleid op te vangen. Kortgezegd was de heffing de afgelopen jaren in sommige gemeenten te laag aangezien vanuit de reserves werd geput.
- Kwijtscheldingen: Een aantal gemeenten geeft aan dat het aantal kwijtscheldingen afvalstoffenheffing ook stijgt waardoor de kostendekkendheid van de heffing onder druk komt te staan.
Invloed VANG-beleid
De eerste drie oorzaken hebben onder andere met de nationale en internationale afvalmarkt te maken. Hierop hebben individuele gemeenten nauwelijks invloed. Wel hebben zij invloed op de keuze voor inzamelsystemen en de indirecte kosten die al dan niet in de heffing worden opgenomen. Ook het VANG-beleid en het sturen op restafval heeft invloed op de hoogte van de heffing. Door het VANG-beleid in gemeenten is de hoeveelheid restafval aanzienlijk gedaald; de schatting is dat dat gemiddeld met ruim 60 kilogram per huishouden is. Dit betekent bij een verbrandingsprijs van €100/ton dat door VANG de heffing de afgelopen jaren met ongeveer €10 verlaagd is door de vermindering van de hoeveelheid restafval en de stijging hoger was geweest als er geen VANG-beleid zou zijn geweest. Daarbij moet wel opgemerkt worden dat de extra inspanningen om tot nog meer afvalscheiding te komen in gemeenten die al goede resultaten boeken en veel verbeteringen hebben doorgevoerd (het laaghangend fruit), om grote investeringen per ton vragen en dat daarmee de kosten weer kunnen oplopen.
Corona-kosteneffect
De situatie in 2020 zal door Corona anders zijn omdat de totale hoeveelheid afval als gevolg van thuis werken, leren en winkelen gestegen is. Vooral de gescheiden stromen GFT en PMD laten een structurele stijging zien. Voor wat betreft restafval is dit afhankelijk van het ingezette beleid waarbij al dan niet gestuurd wordt op restafval. Dit extra afval is natuurlijk ook van invloed op de afvalstoffenheffing. Daarnaast zijn er extra kosten gemaakt op de milieustraten, voor de aanschaf van persoonlijke beschermingsmiddelen, aanpassingen op de werkplek et cetera. Voor deze extra kosten is vanuit de Rijksoverheid een compensatieregeling opgezet van €32 miljoen die via het Gemeentefonds uitgekeerd gaat worden. Eind februari wordt duidelijk hoe en wanneer dit gaat gebeuren
Stijgende kosten PMD?
Door tegenstanders van het scheiden van PMD wordt de stijging van de afvalstoffenheffing vaak onterecht toegeschreven aan het dure systeem van plastic inzameling en verwerking. Maar slechts 15% van de totale afvalbeheerkosten hebben betrekking op PMD. Dit is gemiddeld zo’n € 26,- per huishouden (bron: benchmark HHA). Aangezien de producenten financieel verantwoordelijk zijn, vergoeden zij gemeenten voor hun inspanningen €245/ton ingezameld PMD (in 2020 €261). Dit is een gemiddeld, kostendekkend tarief. Gemeenten krijgen deze vergoeding alleen als er wordt voldaan aan een bepaalde kwaliteit. Bij afkeur zijn de kosten voor de gemeente. Deze afkeur komt wel voor maar is zeker niet landelijk en is daarmee niet een verklaring voor de 10% stijging van de gemiddelde afvalstoffenheffing in heel Nederland.
Afvalstoffenheffing 2020
Meer over hoe de afvalstoffenheffing is opgebouwd